Translate

vrijdag 27 januari 2012

De definitie van beroepsproduct

Een jaar geleden kwamen twee CIOS-leerlingen die stage liepen bij de voetbalclub waar ik jeugdvoorzitter van ben, naar me toe nadat ze een toernooi in de zaal hadden georganiseerd. Ik moest een paar lange lijsten invullen. Op mijn vraag waarvoor dat was, zeiden ze: "dat moet voor ons beroepsproduct". Op mijn vraag wat dat dan eigenlijk was, een beroepsproduct, kreeg ik geen antwoord. Op basis van hetgeen ze gedaan hadden, een toernooi organiseren, kon ik drie kwart van de lijst absoluut niet invullen, en de rest hooguit fragmentarisch. Hun "beroepsproduct" was blijkbaar een vragenlijst die weinig te maken had met hetgeen ze hadden gedaan. En met wat ze konden doen. Ik herinner me een heel blok over sportmedische hulp. Gelukkig hadden zich geen incidenten voorgedaan, dus de verbandtrommel was niet geopend.

Want wat is nu eigenlijk een beroepsproduct? Ga googlen en huiver. Je vind bijna niets. De HvA geeft als definitie: Staat voor een product waar in het werkveld vraag naar is. Ik vind dat voor het onderwijs een weinig bruikbare omschrijving. De Hogeschool van Arnhem en Nijmegen omschrijft het begrip als "het resultaat van een beroepstaak". Lastig is dat in de begrippenlijst van het opleidingstatuut twee maal het begrip beroepstaak voorkomt. Bovendien ontbreekt mijns inziens op zijn minst een woord dat een handeling aanduidt (bijvoorbeeld "het uitvoeren van") in deze definitie.

Zelf definieerde ik het begrip in mijn boek "Aan de slag met competenties". Maar ook deze definitie vind ik weinig gelukkig (meer). Sterker nog, ik pleitte al voor afschaffing ervan.

De voorbereidingen voor het nieuwe studiejaar gaan weer beginnen. Er zullen weer op alle instellingen heel wat formats moeten worden ingevuld. En in veel van die formats zal het begrip beroepsproduct weer voorkomen. Ik hoop van harte op een goede begripsomschrijving. En anders: toch maar afschaffen.

donderdag 26 januari 2012

De Twitterles

Een docent Engels die vol enthousiasme gaat twitteren in de les. Een leuk voorbeeld dat gisteren naar voren kwam bij de bijeenkomst over social media en onderwijs van de Social Mediaclub Nijmegen. En het is altijd weer mooi om die positieve en enthousiaste reacties van leerlingen te zien. Overigens hoop ik niet dat alle leraren dit voorbeeld gaan volgen. De lol zal er snel af zijn als leerlingen in elke les moeten twitteren.

Het Youtube-filmpje heb ik zojuist nog eens bestudeerd, en hoewel het moeilijk te zien is heb ik enkele twitteraccounts van de leerlingen eens bekeken.

Dat ze niet allemaal telkens antwoord geven en dat er tussen de #vc1ha3-tweets soms ook een andere opduikt is een constatering waar menig leraar zich misschien zorgen om zou maken. "Niet doen", zou ik zeggen. Enthousiasme bij de leerlingen is de kurk waar het leren op drijft. En overigens: als ik het niet zo weten zou ik misschien ook wel niet tweeten; je zou maar uitgelachen worden om een stomme spelfout.
(Overigens: ik baseer dit op de analyse van de gebruikte # op de gebruikte datum, maar het kan zo zijn dat niet meer alle tweets naar boven komen en mijn bewering dat ze niet allemaal telkens antwoord geven niet juist is door bijvoorbeeld "verdwenen" of verwijderde tweets).

Maar wat me vooral opvalt is dat, voor zover ik het kan zien, de leerlingen hun eigen twitteraccount gebruiken dat ze ook privé gebruiken. Nu zijn twitteraars op die leeftijd een enorme snelheid gewend, maar je zou toch maar 25 twittervrienden in die klas hebben zitten. Dan krijg je telkens 25 keer (of wat minder, wat niet iedereen lijkt altijd mee te doen)  hetzelfde woordje in je stream. Een vorm van twitterspam, want de boodschap gaat naar alle volgers terwijl hij niet voor iedereen bestemd is.

Daarom een paar tips:

Laat de leerlingen een twitternaam specifiek voor dit doel aanmaken; zo voorkom je dat ze de tijdlijn van hun tweeps gaan vervuilen met lesinhoud. Maak een lijst van die namen en laat deze lijst op het scherm zien. De leerlingen hoeven dan ook niet telkens de # te gebruiken, iets waar ze duidelijk moeite mee hadden (de ene keer staat ie voor het woordje, de andere keer erachter en een volgende keer wordt ie in het vuur van het spel vergeten).

Een andere mogelijkheid is om de leerlingen niet met een # maar @jouwtwitternaam te laten tweeten. Maar dit is een iets mindere keuze, vooral bij gemeenschappelijke tweeps.

woensdag 25 januari 2012

Ik wil een fax

Alles digitaal. Prima, ik ben er voorstander van. Maar veel in de wereld is nog niet digitaal. En ineens moest ik terugdenken aan een apparaat dat te vroeg is afgedankt...
Voor de zoveelste keer bekeek ik het filmpje over de introductie van het boek in de middeleeuwen en ineens moest ik denken aan Youp van 't Hek die het boek ooit omschreef als "een stapel faxen". De fax, zo'n apparaat dat in het museum staat....
Maar vandaag verrichte ik de volgende handeling, die ik regelmatig verricht:

  • Er komt een hardcopy (dat moet in verband met handtekeningen, verklaringen van gelijkluidend afschrift, stempels etc) inschrijfformulier binnen voor de praktijkopleiding AA
  • Het formulier heb ik gescand op het scan-kopieerapparaat dat het als PDF op een usb schreef
  • De USB heb ik in de pc gestopt en vervolgens heb ik het gemaild naar de NOvAA
  • Bij de NOvAA heeft iemand het uitgeprint
En ik realiseer me: ik had het ook kunnen faxen. Geen scannen, geen geloop met USB, geen uitprinten. Die oude fax was efficiënter geweest. Ik wil dus een fax. Of we gaan alles digitaal doen.

vrijdag 13 januari 2012

Social media in 2015

Nadat ik gisteren blogde over wat mijn eerste SoMe-ervaring schijnt te zijn en nadat ik de laatste maanden veel heb nagedacht over het accountantskantoor in 2015, waag ik me vanavond maar eens aan een voorspelling over social media in 2015:

1. Facebook zit in elk pakket van UNESCO en het doel is om elke wereldburger toegang tot Facebook te geven. Er zijn bijna 2 miljard accounts, en ook voor alle anderen wordt Facebook als een basisbehoefte gezien.
2. In Nederland kun je als particulier of ondernemer met je Facebookaccount inloggen bij de belastingdienst.
3. Googl+ biedt de mogelijkheid om in XBRL te rapporteren. Ondernemers maken daar dankbaar gebruik van.
4. Twitter verwijderd updates na 15 minuten.
5. Op alle stations en bushaltes staan Foursquare checkinpalen als vervanging van de OV-chipkaart.
6. De gemiddelde leeftijd op Hyves is 67.
7. Als je geen vriend bent op Path, wordt je niet geacht iemand te kennen.
8. Foto's worden vooral gemaakt via de instagramplugin op de Canons van deze wereld.
9. Op de Veluwe word een man in een hutje gevonden die denkt dat social media benaderd worden via de PC ipv via de phone.
10. Iedereen die dit niet gelezen heeft is SoMeDood.

donderdag 12 januari 2012

Lijsten in Facebook

Facebook kende het al langer: lijsten. Het was een functie die altijd op de achtergrond zat. Door het succes van de cirkels in Google+ (althans, dat is mijn vermoeden), heeft Facebook enkele maanden geleden de lijstenfunctie veel meer prominent op de voorgrond gezet. Zo maakte Facebook ineens zelf lijsten aan, op basis van werkgever, geboorteplaats en woonplaats (al was mijn lijst 'omgeving van Elst' wel ruim, aangezien deze automatisch zowel Arnhemmers als Nijmegenaren toevoegde, waarmee het natuurlijk niet een lijst was om over voetbal te posten op Facebook.

Lijsten kun je op twee manieren gebruiken: je kunt iets delen met alleen een bepaalde lijst.

 


Dat kan handig zijn. Zo deel ik Wordfeud-updates alleen met mijn Wordfeudlijst, deel ik een oproep voor nieuwe Elistha-spelers alleen met de lijst "Elst" en plaats ik een berichtje over een examen alleen zichtbaar voor mijn lijstje (oud-)studenten (al is die lijst geen goede meer, er zitten te veel mensen in waarvoor dat berichtje weer niet interessant was). Door lijsten te gebruiken bij het plaatsen van berichten, ontlast je de tijdlijn van je contacten waarvoor het berichtje niet interessant is.

Vervolgens kun je de lijsten ook gebruiken bij het lezen.



Door op een lijst te klikken, zie je alleen de updates van mensen in die lijst. Dit kan handig zijn als je bijvoorbeeld Facebook ook meer zakelijk gebruikt (dan kun je voor je zakelijke lijst kiezen), of als je bijvoorbeeld alleen even de updates van je belangrijkste vrienden wilt zien.

Zelf zie ik dat op Google+ de cirkels (die weliswaar iets anders werken, maar in essentie is het hetzelfde) veel bewuster gebruikt worden dan de lijsten op Facebook. Dat is niet vreemd. De cirkels zijn door Google+ gebruikt in het aanprijzen van dit netwerk en bovendien is het maken van cirkels in Google+ makkelijker dan het maken van lijsten in Facebook.

Toch verwacht ik dat de lijstenfunctie in Facebook de komende tijd steeds meer gebruikt gaat worden. Dit ook omdat het gemiddelde aantal contacten op Facebook nu op 130 ligt, wat de grens van hetgeen sociologen als maximaal zien (ca 150) benaderd. Dit betekent dat veel mensen op Facebook meer contacten hebben dan ze in real life daadwerkelijk onderhouden. Die mensen (mensen die je niet echt kent) kun je eenvoudig onthouden van meer persoonlijke updates door goede lijsten te maken. En mijn advies is: begin daar snel mee, want zowel mijn ervaring op Facebook als op Google+ is dat het een monnikkenwerk is als je 500 contacten moet gaan uitzoeken.

Wist je trouwens dat je een statusupdate op Facebook ook onzichtbaar kunt maken voor één of enkele personen (en dan zijn de reacties op die update voor die personen ook onzichtbaar)? Dat kan handig zijn als je bijvoorbeeld een vriend of vriendin wil verrassen. Dat kun je gewoon "regelen" via Facebook, zonder dat die vriend of vriendin het ziet.

















Facebook biedt wat  dit betreft mooie mogelijkheden. Maar ik moet eerlijk zeggen: het werkt beter, makkelijker en mooier in Google+.